Nijmegen, 1 november 2007.
Gemeenten MARN-regio gaan gezamenlijk voor realisatie van klimaatambities
‘Meer duurzame woningbouw, een regionale kansenkaart voor koude-warmteopslag en meer groene energie uit biomassa. Deze en andere gemeenschappelijke maatregelen in de regio Nijmegen moeten de komende jaren bijdragen aan de strijd tegen klimaatverandering. Dat hebben de wethouders van de deelnemende MARN-gemeenten vanochtend vastgelegd in het regionale klimaatprogramma 2007-2010 ‘Energiek op weg naar een beter klimaat’. Met de ondertekening van een intentieverklaring door bestuurlijk trekker dhr. J. Blom, wethouder van de gemeente Millingen aan de Rijn en de aanwezige milieuwethouders van de andere deelnemende gemeenten hebben zij zich gezamenlijk geconformeerd aan de klimaatprojecten. Initiatiefnemers van dit programma zijn de gemeenschappelijke regeling MARN en haar deelnemende gemeenten Beuningen, Druten, Groesbeek, Heumen, Millingen aan de Rijn, Mook en Middelaar, Nijmegen,Ubbergen en West Maas en Waal.
De Oscarwinnende documentaire ‘An Inconvenient Truth’ van Al Gore en recente rapportages van de Intergovernmental Panel of Climate Change (IPCC) hebben veel aandacht gegenereerd voor klimaatverandering. Maar naast klimaatverandering zijn ook de stijgende energieprijzen en de afhankelijkheid van de olie-, kolen- en gasproducerende landen belangrijke argumenten om veranderingen door te voeren in onze energievoorziening. Het regeerakkoord onderkent dit ook door de bestaande doelstellingen van het klimaatbeleid flink aan te scherpen. De lokale overheden in het MARN-gebied hebben een belangrijke rol in het realiseren van die doelstellingen en willen zich dan ook met dit eerste pakket aan maatregelen conformeren aan die landelijke doelstellingen.
Klimaatprogramma
Dit eerste regionale klimaatprogramma van de MARN regio beschrijft twaalf concrete maatregelen die de deelnemende regiogemeenten tussen 2007 en 2011 gezamenlijk gaan doorvoeren. Doel van het programma is als regio een proportionele bijdrage te leveren aan de landelijke doelstellingen voor energiebesparing, duurzame energie en het terugbrengen van de emissies van broeikasgassen. Het programma beschrijft niet alle activiteiten voor klimaatbeleid binnen de regio, want naast dit programma kunnen gemeenten ook elk hun eigen bijdrage leveren die dit programma overstijgt.
Dit regionale programma richt zich met name op die maatregelen waarvoor samenwerking efficiënt is. Door gezamenlijk op te trekken is het mogelijk voortgang te bereiken en de doelstellingen op een efficiënte en effectieve manier te realiseren.
Met het regionale klimaatprogramma willen we een eerste stap zetten om de ambitieuze landelijke klimaatdoelstellingen te realiseren. Dit gebeurt middels een twaalftal projecten op vijf gebieden, te weten:
1. Bio-energie;
2. Energiebesparing en duurzame energie in gebouwen;
3. Windenergie;
4. Innovatieve projecten;
5. Communicatie en educatie.
Korte termijn
In het klimaatprogramma is een volledige opsomming van de projecten opgenomen. Op korte termijn wordt gestart met een verkenning naar de mogelijkheden om meer duurzame energie uit biomassa op te wekken. Het plan was al om hier de verwerking van luiers in mee te nemen. Door de recente acute stopzetting van de luierverwerking bij Knowaste in Arnhem is dit nog meer actueel geworden. Daarnaast wordt de gehele regio verkend om zodoende inzicht te krijgen in welke gebieden, waaronder bouwlocaties, koude-warmte opslagsystemen toegepast kunnen worden. De resultaten van deze verkenning zullen breed bekend gemaakt worden. Verder is er al een start gemaakt met de regionale inventarisatie van de energiekansen die er op het gebied van openbare verlichting en verkeerslichten liggen. Het is in een cursus aan milieu-ambtenaren, projectleiders woningbouw alsook deskundigen op het gebied van ruimtelijke ordening duidelijk geworden dat er ook in de woningbouw heel veel maatregelen voor handen zijn die zowel goed zijn voor het klimaat maar juist ook voor de portemonnee én het woongenot van de woningbezitter. Tot slot zijn de plannen om vanaf 1 januari 2010 gezamenlijk groene energie in te kopen nader geconcretiseerd, door bijvoorbeeld huidige contracttermijnen waar mogelijk al op elkaar af te stemmen.
In de uitvoering wordt nadrukkelijk afstemming en samenwerking gezocht met andere overheidsorganisaties, zoals Senter Novem, de Stadsregio en de provincie Gelderland. Maar ook de doelgroepen van het klimaatbeleid, te weten inwoners van de gemeenten, bedrijven, leveranciers van energie, scholieren, etc. zullen worden gevraagd een bijdrage te leveren.
Bron: MARN